Het beoordelen van de Vospels structuur

 

Het beoordelen en keuren van de Vospels en niets anders dan begrijpen dat de Vospels een verlengde normaal haar is. Daarbij is de Vospels ruim aan stevige  dek- en granharen. Het aantal onderharen is ruim en deze zijn altijd recht. Voor de verschillen tussen haren lees eerst pelsstructuur.

 

De haren zijn recht en volgen het lichaam. Een opstaande (pufferige) pels is niet juist. De keurmeester kent dit fenomeen ook als geitenpels. De haren lopen dan vaak in een bocht en zijn niet recht.

 

Voor het behouden van de juiste Vospels structuur maar zeker ook het welzijn van het konijn is het fokken en behouden van deze pels belangrijk. Onjuiste pels geeft klitten en een moeilijkere verharing. Het ras geboren in deze tijd hoort zich zelf te kunnen onderhouden.

 

Structuur wordt samen met conditie omschreven in positie 3. Het is bijna onmogelijk om alleen deze structuur te omschrijven zonder ook conditie, haarlengte, dichtheid en kleur te benoemen.  De onderdelen van een pels zoals in de sportfok gebruikelijk is hebben vaak overlappingen en vormen een geheel.

 

Dit artikel omschrijft de algehele pelsstructuur als zijnde pelskenmerk in groep 7 konijnen met een bijzondere haarstructuur.

 

Wij gebruiken twee betekenissen voor het woord structuur;

  • Als genetsische pelskenmerk zoals de Satijn, Rex, Angora en normaalhaar enz,
    Samenstelling en opbouw van de pels kenmerken geeft een bijzondere haarstructuur.
  • Structuur zoals wij die omschrijven bij positie 3 in de konijnenstandaard. Dit is één onderdeel van de algehele bijzondere haarstructuur. Structuur in positie 3 gaat over de opbouw en samenstelling van één haar. Dus wat wij voelen, de dikte van een haar (haarmerg, schubben enz)

De eerste indruk over structuur ziet men met de ogen. Tevens gelijk conditie in de zin van het moment waarin de haargroei zich bevind. Kleur en glans kunt u ook met de ogen zien.

 

Als voorbeeld het konijn links.

  • pels volgt het lichaam maar ligt niet plat (slap) of staand (stug en/of gebogen haren, wollig geeft ook pufferig uiterlijk)
  • Pels is aanliggend (geen open onregelmatige delen)
  • Pels glimt
  • Pels is op fraaie lengte, te zien aan de haren langs de flanken, door sommige rok of zijband genoemd.
  • Pels heeft een regelmatige bruine kleur, op kop fraai (dus fraaie dekkleur)
  • Bij inblazen ziet men de dichtheid van onderharen.

De Vosdwerg rechts beging met een haarwissel. Probeert u zelf met de omschreven onderdelen bij zien de pels zelf te beoordelen.

 


Voelen is de tweede methode om de structuur te beoordelen of dit juist is samen gesteld. Hier hebben we het met name over structuur zoals omschreven in positie 3 van de standaard. Zoals je bij een houten tafel de houtnerven kan voelen door met je handen er over te strijken zo voel je ook een konijnenpels. Omdat er gevoel verschil is tussen de linker en rechterhand gebruikt men bij het voelen steeds dezelfde hand. Men wrijft tegen de haarrichting in. Na gelang ervaring weet men of de pels, zacht, stevig of stug voelt. Met wijsvinger en duim neemt men een klein bosje haren en wrijft dit over elkaar heen. Als men niets voelt tussen de vingers is de pels zacht. Bij een vos hoort men duidelijk de wrijving tussen de haren te voelen (sommige noemen dit zanderig). Echt raspen voelt men vaak bij stugge te dikke haren.


Handen en ogen samen is de derde en laatste methode. Met de hand wrijft men de haren tegen de richting in en met de ogen kijken we wat de haren doen. Een stevige pels blijft staan en valt langzaam in natuurlijke stand. De pels heeft dan de juiste hoeveelheid onder- dek- en granharen met de juiste dikte. Valt de pels gelijk dan is deze niet stevig genoeg. Blijft de pels omhoog staan dan is veelal de pels te stug. De haren kunnen blijven staan maar de punten van de granharen omvallen. Dan zijn dus de granharen te slap. De granharen behoren stevig te zijn. De pels moet zeer rijk zijn aan onderharen. Dit is de stijger van de gehele pels en geeft steun aan de dek- en granharen.

Het leren voelen en zien is erg lastig om na theorie in praktijk toe te passen. De NRVK nodigt daarom iedereen uit om deel te nemen aan de Vosdwerg dag waar dit wordt gedemonstreerd en verder uitgelegd.